Handtherapie houdt zich bezig met het behandelen van problemen van spieren, pezen, banden, botten, gewrichten, zenuwen en huid specifiek gericht op de hand, pols en onderarm.

De fysiotherapeut bepaalt allereerst wat er nodig is om de hand zo goed als mogelijk te laten herstellen. Tevens wordt samen met de patiënt gekeken naar de dagelijkse bezigheden van de patiënt om zodoende te bepalen wat er weer van de hand verwacht wordt en of er eventuele aanpassingen nodig zijn in bijvoorbeeld het huis, de keuken of de werkplek.

Handtherapie biedt uitkomst bij:

• Breuk van de hand-pols (met of zonder operatie)
• Pees-, gewrichts-, zenuwletsel (met of zonder operatie)
• Kneuzingen
• Status na operatie aan de hand-vingers
• Trigger finger
• Carpaal tunnel syndroom
• Amputatie van één of meerdere vingers
• Tenniselleboog, golferselleboog